De laatste tijd krijg ik vaak de vraag wat we nou eigenlijk geleerd hebben van hoe we met de COVID-crisis omgaan. We zijn bij de Groninger Archieven intern al aan het bekijken wat we willen behouden en wat we anders gaan doen in de toekomst, maar het speelt uiteraard ook bij collega-instellingen. En het kwam ook aan de orde bij het laatste programma overleg voor het AVA-Net symposium in juni. Zo’n vraag triggert wel iets bij mij.
Afstand schept ruimte tot reflectie. We filosoferen meer over de toekomst van werk. Er zal meer hybride gewerkt worden, en we zullen niet meer lacherig kijken naar mensen die thuiswerken. Wij bij de Groninger Archieven, staan vlak voor een grote interne verbouwing. Eigenlijk op twee vlakken. Het gebouw wordt aangepakt, publieksvriendelijker gemaakt en hopelijk ook personeelsvriendelijker. Maar ook de organisatie is de laatste tijd flink aan het veranderen. Een grote groep werknemers gaat met pensioen en neemt een schat aan ervaring mee. En dan is er het e-depot. Veel meer mensen hebben te maken met digitalisering. Over drie jaar zien de Groninger Archieven er echt anders uit.
COVID-19 levert hieraan een blijvende bijdrage. We gaan toch anders kijken naar ons gebouw, naar de werkplekken en naar de publieksruimtes. We gaan zelfs een digitale studio inrichten om te kunnen livestreamen, webinars te verzorgen en explanimations of screen captures te maken en uitleg te kunnen geven voor een green screen. Pre-COVID zaten dit soort ideeën niet in het ontwerp. Nu willen we niet meer zonder.
Qua aanvragen hebben wij bij de Groninger Archieven ook meer werk dan in de twee jaar hiervoor. Het is net alsof allerlei kleinere organisaties en omroepen de nostalgie branche waarin wij zitten herontdekken. Het is natuurlijk ook, omdat er verder niets te doen is. Iedereen wil de doelgroepen iets leuks kunnen bieden, en amateurfilms uit een regionaal archief zijn leuk. Zeker na een tweede of derde lockdown, waarbij de online series echt wel op zijn.
Wat ook duidelijk is geworden, is dat we minder hoeven te reizen. Videomeetings zijn een uitkomst en webinars een aanvulling, daar waar ik vroeger een webinar nog wel zag als een soort tweede keuze om mijn informatie te verkrijgen. Het feit dat je de meeste webinars of livestreams ook on demand kan terugzien, geeft een gevoel van rust. Ik hoef niet altijd overal meteen live bij te zijn, en hoef niet bang te zijn dat ik iets mis. En bij de Groninger Archieven bereiken we nu per lezing gemiddeld zo’n 500 mensen online, waar dat vroeger niet meer dan 60 in een zaaltje waren. De statistieken liegen er niet om, de meeste kijkers kijken zo’n 80% van een livestream helemaal uit. Dat is ongelooflijk hoog voor een online presentatie.
Maar wat ik wel echt mis, is het directe contact met mensen. Vooral omdat je ze dan op een andere manier leert kennen. De borrel is ‘where the magic happens’. Je hoort leuke anekdotes, er worden banden en soms zelfs vriendschappen gesmeed, en op de een of andere manier krijg je mensen écht te zien. Echter, dan je ze kunt leren kennen via een videoscherm.
Het is nu april, en als het goed is kan er over een week of zes weer van alles. We smachten naar een ongedwongen periode, waarin we vakantie kunnen vieren, onze vrienden weer kunnen zien en onze collega’s weer in het echt kunnen spreken. Tot die tijd werk ik nog een paar livestreams en online presentaties af. We leren dus meer, maar we zien minder, vooral minder échte mensen. Nog even volhouden.